Parkeerperikelen op eigen parkeerterrein
Onlangs kreeg ik vrijwel gelijktijdig van drie corporaties in verschillende delen van het land een soortgelijke vraag: hoe om te gaan met foutparkeerders op het eigen parkeerterrein.
U kent de situatie vast: u verhuurt (bijvoorbeeld) een ouderencomplex met parkeerterrein dat bij het wooncomplex hoort. Zowel het woongebouw als de parkeerplaats zijn uw eigendom. De bedoeling is dat alleen de huurders van het complex hun auto op het terrein parkeren.
Het komt echter regelmatig voor dat mensen ‘van buiten’ hun auto op het parkeerterrein parkeren. Voor de huurders is dit een doorn in het oog en zij vragen u hiertegen maatregelen te nemen. U besluit een bordje op te hangen met de tekst ‘parkeren uitsluitend voor bewoners’ of zelfs een ‘verboden toegang’ of ‘wegsleepregeling’ bordje.
Kort daarna ontvangt u een brief van de gemeente waarin aangegeven wordt dat uw parkeerterrein openbaar is omdat sprake is van een openbare weg. U wordt vriendelijk doch dringend verzocht het bordje weg te halen. Maar klopt dit wel, het is toch uw parkeerterrein?
Uw eigen parkeerterrein als openbare weg…
Het antwoord op deze vraag zit onder meer in de Wegenwet. Deze wet uit 1930, maar nog steeds van kracht, bepaalt kortgezegd dat een weg onder meer openbaar is als deze gedurende meer dan 30 jaar voor iedereen vrij toegankelijk is geweest.
Van vrije toegankelijkheid is sprake indien de eigenaar van de grond waarop de weg is gelegen het gebruik van de weg door het publiek heeft toegelaten.
Het voorgaande geldt ook voor een parkeerterrein bij een wooncomplex dat op particuliere grond gelegen is. Als dit parkeerterrein inderdaad al 30 jaar vanaf de openbare weg voor een ieder bereikbaar is, dan betekent dit dat een ieder daar dus ook zijn auto mag parkeren. Het kan nog sterker: foutparkeerders op het parkeerterrein kunnen zelfs worden beboet.
Verjaring doorbreken
Zolang de 30 jaarstermijn nog niet verstreken is, is hier eenvoudig wat aan te doen. Bijvoorbeeld door het plaatsen van een slagboom, of het plaatsen van een bordje “eigen weg” bij het begin van het parkeerterrein. Een dergelijk bordje onderbreekt de 30 jaarstermijn en voorkomt dat de weg (het parkeerterrein) na verloop van tijd openbaar wordt en niet meer kan worden afgesloten.
Onttrekken aan de openbaarheid
Is de openbaarheid een feit dan kan er op basis van artikel 9 van de Wegenwet een verzoek worden ingediend bij de gemeenteraad om de weg aan de openbaarheid te onttrekken. Bij een dergelijk verzoek tot onttrekking van een weg aan de openbaarheid vindt een belangenafweging plaats.
De dringende particuliere redenen om de weg aan het openbaar verkeer te onttrekken moeten worden afgewogen tegen het algemeen belang bij openbaarheid en dat is in dit voorbeeld, het algemene belang om voor iedereen zijn auto te kunnen parkeren op het parkeerterrein.
Recht is niet zwart wit
Net als in de situatie hierboven is het wetboek niet altijd zwart-wit. Dat geldt ook voor het Huurrecht. Het huurrecht kent in de praktijk vele kleuren grijs. Vele nuances en vele zienswijzen. Die dagelijkse praktijk maakt huurrecht ook leuk.
Hoe kijken rechters naar huurrecht? Hoe kunt u huurrecht nu toepassen in uw dagelijkse casus met behoud van uw relatie met uw huurder en zonder als verhuurder uw positie te verliezen?
In Huurrecht verdieping staan vele interessante praktijksituaties op het programma. Ook uw eigen casus kunt u bespreken. Na de cursus bent u weer op de hoogte! Bent u erbij?
Een snelle opfris van kennis kan met de training Opfris en actualiteiten Huurrecht. En wanneer u nog beperkte ervaring heeft met huurrecht biedt de opleiding Huurrecht de basis een prima start. Met e-learning vooraf en een interactieve trainingsdag bent u snel op de hoogte van de uitgangspunten van het huurrecht en de rechten en plichten van huurder én die van uw organisatie als verhuurder.
Tanja de Groot
VBTM Advocaten