Gemengd wonen gaat ook over meedoen, elkaar helpen
Er is een groeiende vraag naar gemengd wonen: een mix van jong, oud, mensen met een beperking, kwetsbare mensen, statushouders, et cetera. Marjan de Groot en Johnny Luchtmeijer, beiden wijkconsulent voor bijzondere doelgroepen bij Actium Wonen, volgden de training Gemengd wonen. “Het heeft ons echt geïnspireerd.”
Bijzondere doelgroepen?
De Groot: “Wij onderhouden contacten met de gemeente en maatschappelijke instanties zoals de GGZ, om mensen die bijvoorbeeld uit detentie komen, of die psychische problemen hebben, te plaatsen in een woning die het best bij hen past in een wijk die het best bij hen past. Ons doel is altijd een zo goed mogelijke mix in een wijk te creëren, zodat de leefbaarheid goed blijft.”
Aha, vandaar de training Gemengd wonen
Luchtmeijer: “Precies. Toen de training Gemengd Wonen ‘langskwam’, triggerde mij dat. Vlak daarvoor was ik in een seniorencomplex om een bloemetje te brengen bij iemand die in een moeilijke situatie zat. Daar werd ik wel 14 keer voor bedankt. Toen dacht ik: daar moeten we misschien wat mee, in de vorm van meer aandacht voor deze doelgroep. Maar hoe en wat had ik nog niet duidelijk.”
Bracht de training uitkomst?
De Groot: “Eerlijk gezegd dachten we dat de training ging over gemengd wonen in een wijk, maar het was specifiek gericht op gemengd wonen in een wooncomplex. Actium Wonen heeft op dit moment nog geen complexen met gemengd wonen. Voor ons was het dus vooral een heel interessante dag met veel inspirerende informatie.”
Inspiratie dus. Noem eens wat aub
De Groot: “Voor deze training dacht ik bij gemengd wonen aan jong versus oud. Op deze dag werd onder andere een project uit de praktijk belicht waar de mix veel breder was. Ook statushouders werden in een wooncomplex geplaatst, samen met senioren en jongeren. Een mix van 60% zonder problemen en 40% met een beperking. Op iedere gang woont ook een ‘maatje’, dat is iemand zonder beperking waar bewoners terecht kunnen met vragen en opmerkingen. Dat onderdeel was echt heel interessant, ook het gesprek daarna over onder meer de overlastgradatie bij zo’n bredere mix.
Luchtmeijer: “Voor mij sprong eruit dat je er meteen ‘bovenop moet zitten’, zodat je samen een goede start kunt maken. De wijkagent, de woonconsulent, maar ook de bewoners van de wijk zelf moet je vanaf het begin meenemen in het proces.”
Blijft het bij inspiratie?
De Groot: “Toen we na de training Gemengd wonen samen terugreden, borrelden er allerlei ideeën bij ons op. We zijn het gesprek aangegaan binnen Actium Wonen, en dat heeft geleid tot een pilot gemengd wonen.”
Echt? Vertel
Luchtmeijer: “Afgelopen najaar zijn we gestart met een microproject. Een student gerontologie woont nu in een seniorencomplex. Zij levert een sociale bijdrage binnen het complex – denk aan samen met een senior bijvoorbeeld een kopje koffiedrinken, een boodschapje doen, een wandelingetje maken – en doet tegelijkertijd haar afstudeerproject daar. Daarbij doet ze onderzoek naar eenzaamheid onder de senioren, of ze openstaan voor een mix aan bewoners, of dat toegevoegde waarde voor ze heeft, wat ze ervan verwachten, waar ze behoefte aan hebben, et cetera.”
En dan? Na de pilot?
“Luchtmeijer: “Dat ei moet dan gelegd worden door Actium Wonen. En dat is natuurlijk afhankelijk van de uitkomst van dit onderzoek. Op voorhand is al wel duidelijk dat de mensen die dan naast de senioren ook in een complex komen te wonen, wel sociaal bewogen moeten zijn.
Het is vanuit Actium Wonen niet alleen: welkom en zoek het verder lekker uit. De bedoeling is de nieuwe bewoners ook te faciliteren, zodat zij de senioren kunnen bijstaan. Dat ze zaken kunnen signaleren, denk aan eenzaamheid, vervuiling, verwardheid. Bij gemengd wonen gaat het om meer dan een dak boven het hoofd. Het gaat ook over meedoen, elkaar helpen.”